Allereerst, denk je even in: wij weten NIETS van jou of van de persoon voor wie je het gedicht aanvraagt. We weten niet wat jullie relatie is en hebben geen idee van jullie leeftijd, opleiding, baan, hobby’s en inside jokes. Als je graag wilt dat daar iets van terug te zien is in het gedicht, moet je het dus aan ons vertellen.
Over het algemeen geldt de regel: hoe gedetailleerder de info, hoe persoonlijker het gedicht. Probeer in ieder geval in hele zinnen te praten, in plaats van in steekwoorden. Twee voorbeelden ter illustratie:
Voorbeeld 1: Karen is mijn moeder. Ze is 63, advocaat en een echte controlfreak. Ze drinkt op vrijdag altijd één glas sherry om het weekend in te luiden. Ze is gek op haar kinderen (mij en mijn oudere broer Dennis) en op haar man, mijn vader Hans. Ze heeft ooit tijdens een familieweekend in de Efteling de uitdrukking “blaat het niet dan schaapt het niet” uitgevonden en dat is bij ons thuis nu een gevleugelde kreet. Dit jaar heeft ze vooral veel gewerkt, dus met deze geurkaars hoop ik haar wat ontspanning te kunnen geven.
Voorbeeld 2: Advocaat, controlfreak, sherry, gek op kinderen en man, blaat het niet dan schaapt het niet, workaholic.
Uit voorbeeld 1 halen we veel meer context dan uit voorbeeld 2, zoals de relatie tussen aanvrager en ontvanger, de oorsprong van de gevleugelde kreet en kleine dingen, zoals de namen van haar gezinsleden (nogmaals, we weten dus echt helemaal niets van jou of de ontvanger).
Als je het kort houdt (bijvoorbeeld: ‘Saïda krijgt een puppy, ze zeurt er al jaren om. Het is een teckel’), moeten onze rijmpieten vaak een paar dingen zelf invullen. Bijvoorbeeld: hoe oud is Saïda? Is ze 8 en krijgt ze de puppy van haar vader, is ze 28 en krijgt ze de puppy van haar vriend/man, of is ze 58 en krijgt ze de puppy van haar gezin? Bij korte gedichten kunnen we er vaak wel wat van maken, maar bij gedichten langer dan 20 regels hebben we écht meer info nodig (of op z’n minst context).
Zaken die mensen vaak vergeten te vermelden bij het aanvragen van een gedicht:
– Naam (met ‘mijn vader’ kunnen we niets in de aanhef van het gedicht)
– Leeftijd (vooral bij jonge kinderen erg belangrijk!)
– Werk/school (welke klas?)/studie (mbo/hbo/universiteit?)
– Leefsituatie (alleen, bij ouders, samenwonend, getrouwd, gescheiden, anders?)
– Woonplaats (als die belangrijk is)
De toon die jij als aanvrager aanslaat is vaak leidend voor hoe wij het gedicht vormgeven. Dus schroom niet om bepaalde woorden te gebruiken die heel typisch zijn in jullie taalgebruik. Het is onze taak om een mooi gedicht voor je te maken, niet om over je te oordelen.
Enne, wil je iets heel graag of juist absoluut niet in het gedicht hebben? Meld het!
LET OP: we werken alleen met de info die je aanlevert in het info-vak, NIET met externe links naar websites of socialmediaprofielen!
OOK BELANGRIJK: gebruik géén emoji in je info, want die lust ons systeem niet. Dan gaat je tekst verloren!